Tekst: Thijs Tomassen
Wat een mijlpaal, Alwies!
‘Zeg dat. Het is helemaal uit de hand gelopen, haha. We hebben een heel dikke HIK 500 én een grote quiz over het dorp gemaakt. Daarnaast hebben verslaggever Willem Meuleman en fotograaf Marco Hofsté een paar dagen lang rondgelopen in het dorp voor een speciale jubileumeditie, zoals ze dat ook deden voor HIK 250 in 1999. Dat heeft wederom fantastische verhalen en foto’s opgeleverd. Sterker nog: het is mede dankzij veel trouwe adverteerders een ontzettend mooi boekwerk geworden dat laat zien hoe het dorp Hooglanderveen nu is. Daarom heet het ook: Het nieuwe leven.’

Welke functie heeft de HIK in het dorp?
‘Het is en blijft de informatiekrant van Hooglanderveen. Met nieuws en verhalen over en voor het dorp. Van interviews met dorpsgenoten met een bijzondere hobby tot verslagen van carnaval en de voetbalwedstrijden van het eerste elftal van Hooglanderveen. Ik sta er elke maand van te kijken dat we weer veertig pagina’s vol weten te schrijven met een betrokken team van vrijwilligers. Waar halen we die verhalen in hemelsnaam vandaan?’
Wat betekent de HIK voor jou?
‘Het is mijn kindje. Ik werk er al vijftig jaar aan mee. Begon ooit met vouwen en nieten en ben inmiddels al heel lang hoofdredacteur. Ik zet verhalen uit bij medewerkers, schrijf weleens wat, maak de HIK op, regel de advertenties en druk ‘m ook nog zelf bij drukkerij Van Beek. Ik ben bijna net zo druk met de HIK als met mijn baan. Ik sta op en ga naar bed met de HIK, en tussendoor werk ik.’

Vanwaar die passie?
‘Ik vind dat je wat moet betekenen voor de samenleving. Dit is mijn bijdrage. Het maakproces is vaak stressvol, maar als de HIK klaar is geeft het elke keer weer voldoening. Ik kan niet zonder. En het dorp waardeert de HIK nog steeds. We gaan elk jaar voor een inzamelingsactie langs de deuren, dat blijft een succes. Hoe mooi is dat? Er is voor zover wij weten geen ander dorp met een dorpskrant die al 50 jaar bestaat en zichzelf weet te bedruipen.’
Waarom hou jij van Hooglanderveen?
‘Ooit heb ik tien jaar in Amersfoort gewoond, maar ik wilde terug naar mijn dorpje. Ik woon er, ik werk er, ik ben er tevreden. Wij zijn geen wijk geworden van Amersfoort, maar nog altijd een dorp. Er zijn weliswaar geen boerderijen meer, maar er is veel nieuw leven voor in de plaats gekomen. Hooglanderveen bruist als nooit tevoren. Ik ga nooit meer weg. Ook niet als ik een miljoen win. Dan blijf ik nog steeds de HIK maken. Dan wordt ie alleen nóg mooier, want dan maak ik ‘m in kleur.’