“Militair erfgoed leert ons het heden te begrijpen” – Dijksterhuis.
Wat heb jij persoonlijk met militair erfgoed? Heb je de dienstplicht nog meegemaakt?
“Net niet. Op mijn zeventiende kreeg ik een brief waarin stond dat ik tot de tweede lichting behoorde die niet in militaire dienst zou hoeven. Of ik het had gewild? Ik denk het wel. Ik heb veel met mijn hoofd gedaan tijdens mijn studie en het is mijn ogen goed dat je een tijd wat anders doet en je lichaam aan het werk zet. Daarnaast vind ik discipline en kameraadschap belangrijke waarden die in diensttijd een mooie rol vervullen. Ik heb er later nog wel eens over nagedacht om reservist te worden, maar die ambitie heb ik nu niet meer. Wel volg ik de ontwikkelingen rond defensie op de voet. De spanningen in de wereld lopen op. Van jongs af aan heb ik meegekregen dat vrijheid niet vanzelfsprekend is. Dat blijkt ook vandaag de dag.”
Wat maakt het militaire erfgoed van Amersfoort zo bijzonder?
“Erfgoed confronteert je met je eigen verleden. Ik zeg altijd: je kunt het heden niet begrijpen als je het verleden niet kent. Er staan in onze stad mooie gebouwen die een militaire oorsprong hebben. Bij het Architectuurcafé van FASadE zag ik een boeiende presentatie over de drie elementen die Amersfoort groot hebben gemaakt. De eerste is de kerk, want Amersfoort werd een pelgrimsoord doordat er een Mariabeeldje gevonden werd. De tweede is het leger, dat dankbaar gebruikmaakte van de centrale ligging van Amersfoort. En de derde zijn de Vinex-plannen die voor de noordelijke wijken in onze stad hebben gezorgd. Dat zijn de drie groeistuipen van onze stad geweest. Het militaire erfgoed herinnert ons aan de tweede. Het is daarnaast een aanjager van het versterken van onze relatie met defensie. Dat is belangrijk met het oog op de toekomst, want er gaat veel gebeuren in de regio en wijdere omgeving. In Zeewolde komt een kazerne met zevenduizend militairen en we gaan in samenwerking met Leusden, Soest en Zeist veel doen aan uitbreiding op de Leusderheide en de Vlasakkers. We gaan weer meer merken dat we garnizoensstad zijn.”

Burgemeester Lucas Bolsius met wethouder Rutger Dijksterhuis tijdens een bezoek aan de Bernhardkazerne.
Je hebt onlangs het Cavaleriemuseum bezocht. Wat is de rol van dit museum in het vertellen van de stadsgeschiedenis?
“De cavalerie was voor een belangrijk deel in onze stad gelegerd. Het museum vertelt daarover, maar ook over de bredere militaire geschiedenis van Nederland. Er staat veel indrukwekkend materieel. Ik heb de eer gehad om in een tank te mogen rijden. Hoe dat rijdt? Het maakt een bak herrie en zelfs met veertig kilometer per uur lijkt het alsof je in dat loodzware gevaarte heel hard gaat. Ik was een klein beetje bang voor de remweg op het moment dat we op een gebouw afreden, maar gelukkig staat een tank ook heel snel weer stil. Of je nu historische interesse hebt of je juist wil onderdompelen in een wereld die je nog niet kent: ga naar het Cavaleriemuseum!”
Hoe belangrijk zijn de vrijwilligers voor Amersfoort Garnizoensstad?
“Vrijwilligers zijn onmisbaar. Als er in Nederland een dag geen vrijwilligerswerk gedaan zou worden, stort het hele land in elkaar. Onze maatschappij draait op mensen die vrijwillig iets voor een ander doen. Ook Amersfoort Garnizoensstad komt grotendeels tot stand door vrijwilligers die er warm van worden. Zij houden de herinnering aan de militaire geschiedenis van Amersfoort als geen ander levend. Ze blijven erover vertellen en het enthousiasme spat ervan af.”
Amersfoort Garnizoensstad staat bol van de evenementen en activiteiten. Wat kunnen bezoekers verwachten?
“Er is een belevend programma met interactieve tours, tentoonstellingen, lezingen en speciale educatieve projecten. Eén van de hoogtepunten is de speciale Garnizoensstad Fiets- en Wandeltocht langs de Grebbelinie. Deelnemers krijgen tijdens deze tocht unieke inzichten in het militaire verleden van de regio. Daarnaast is er bijvoorbeeld de Militour van FASadE, waarbij deelnemers bijzondere militaire plekken en verhalen in de stad ontdekken.”
“Defensie hoort bij onze stad. Ik hoop dat mensen daar na dit themajaar meer bewust van zijn.”
Wat is jouw persoonlijke tip?
“Op 30 oktober worden militairen beëdigd op het Lieve Vrouwekerkhof, met veel toeters en bellen. Daar kun je niet omheen. Verder heeft het programma voor iedereen wel wat in petto.”
Welke bijzondere plekken mogen volgens jou niet ontbreken in het programma?
“Het Belgenmonument vind ik het vernoemen waard. Het is in omvang het grootste monument van Nederland en een rechtstreeks gevolg van de Eerste Wereldoorlog. Ook van Amersfoortse gastvrijheid trouwens, want de stad ving in die periode meer mensen op dan dat we inwoners hadden.”
“Daarnaast zou het leuk zijn om al die kazematten langs de Eem open te stellen, zodat mensen kunnen zien hoe dat daar binnen nou was. De schuilkelders in Amersfoort moet ik ook absoluut noemen. Ik heb er laatst één gezien hier onder een spoortunnel. Als je daar binnen kijkt, denk je: wat een tijd was dat, zeg. Daar kom je pas achter als je er rondsnuffelt.”

Ook voor jongeren is er genoeg te beleven. Waarom is het belangrijk om juist ook deze doelgroep te betrekken bij het militaire erfgoed van Amersfoort?
“Zij zijn er het minst mee bekend. Maar er komt wellicht weer een tijd dat jongeren weer in dienst moeten of worden opgeroepen voor het leger als dat nodig is. Het is belangrijk dat ze zich bewust zijn van dit onderdeel van de samenleving en zich verbonden voelen met de stad waar ze leven. Liefde voor en kennis van de stad, daar begint het mee.”
Hoe draagt de samenwerking met defensie, Citymarketing, gemeente en lokale organisaties bij aan het succes van het themajaar?
“De meeste successen ontstaan als ze van onderop zijn georganiseerd. Amersfoort Garnizoensstad is daar een mooi voorbeeld van. Er is een idee ontstaan bij Citymarketing en dat is gaan bruisen. Dat gebeurt dus als je mensen met diverse achtergronden bij elkaar zet, zoals een militair, een historicus, een veteraan en een citymarketeer. Dan ontstaat er kruisbestuiving en is er nu een themajaar van en voor de stad. Ik zie tot nu toe alleen maar lachende gezichten van mensen die met passie en enthousiasme werken aan Amersfoort Garnizoensstad.”
Wat hoop je dat een bezoek aan Amersfoort Garnizoensstad losmaakt bij mensen?
“Defensie hoort bij onze stad. Ik hoop dat mensen zich daar na dit themajaar meer bewust van zijn. En ik hoop op meer begrip voor wat defensie allemaal doet. Ze verdedigt onze vrijheid. In deze onzekere wereld is het belangrijk om daar bij stil te staan.”
Dit artikel komt tot stand in samenwerking met de Stad Amersfoort.